Begrazing in kustduinen

Europese Commissie schetst gemengd beeld van Europese natuur

20-MEI-2015 - Met iets meer dan de helft van de vogels in Europa gaat het goed. De rest wordt bedreigd of gaat achteruit. Voor andere soorten die door de Habitatrichtlijn beschermd worden, ziet het er minder gunstig uit. Slechts met een kwart hiervan gaat het goed. Met habitats, soorten natuur zoals graslanden, wetlands en duingebieden, gaat het slecht. Vooral met de drie genoemde hier genoemde. Maar 16% van de beschermde habitats staat er goed voor. Dit maakt de Europese Commissie vandaag bekend.

Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]

Met iets meer dan de helft van de vogels in Europa gaat het goed. De rest wordt bedreigd of gaat achteruit. Voor andere soorten die door de Habitatrichtlijn beschermd worden, ziet het er minder gunstig uit. Slechts met een kwart hiervan gaat het goed. Met habitats, soorten natuur zoals graslanden, wetlands en duingebieden, gaat het slecht. Vooral met de drie genoemde hier genoemde. Maar 16% van de beschermde habitats staat er goed voor. Dit maakt de Europese Commissie vandaag bekend.

De Europese Commissie heeft een nieuw verslag goedgekeurd waarin het meest volledige beeld ooit van de "stand van de natuur in de EU" wordt gegeven. Hieruit blijkt dat de staat van instandhouding van het merendeel van de vogels veilig is en dat het met sommige soorten en habitats beter gaat. Gerichte instandhoudingsmaatregelen hebben succes geboekt, maar er zijn veel meer inspanningen nodig om de situatie aanzienlijk te verbeteren.

Met duingebieden gaat het niet zo goed in Europa (foto: Marijn Nijssen)

De commissaris voor Milieu, Maritieme Zaken en Visserij, Karmenu Vella, zei: "Dit verslag is belangrijk en komt precies op het juiste moment. Hoewel het over het geheel genomen een gemengd beeld geeft, toont het duidelijk aan dat inspanningen om kwetsbare ecosystemen te verbeteren zeer doeltreffend kunnen zijn. Het onderstreept ook de omvang van de resterende uitdagingen. Wij moeten deze uitdagingen aangaan, omdat de gezondheid van onze natuur gekoppeld is aan de gezondheid van de Europese bevolking en aan onze economie.”

Het verslag is de eerste beoordeling die betrekking heeft op zowel de vogelrichtlijn als de habitatrichtlijn, en het vloeit voort uit de grootste gezamenlijke gegevensverzameling en beoordeling van de natuur die ooit in alle lidstaten heeft plaatsgevonden over de periode 2007-2012.

Wat vogels betreft, wordt in het rapport geconcludeerd dat meer dan de helft van alle beoordeelde wilde vogelsoorten (52 %) zich in veilige staat van instandhouding bevindt. Ongeveer 17 % van de soorten wordt echter nog steeds bedreigd en nog eens 15 % is gevoelig, afnemend of uitgedund. Dit betreft ook vroeger algemeen in landbouwgebieden voorkomende soorten zoals de veldleeuwerik (Alauda arvensis), en de grutto (Limosa limosa).

Met grutto’s en andere weidevogels gaat het slecht (foto: Piet Munsterman)

Van de andere soorten, die krachtens de habitatrichtlijn worden beschermd, heeft bijna een kwart (23 %) een gunstige beoordeling. Maar meer dan de helft (60 %) bevindt zich nog steeds in een ongunstige staat van instandhouding (waarbij 42 % als ongunstig-ontoereikend en 18 % als ongunstig-slecht wordt beschouwd). Graslanden, wetlands en duinhabitats geven in het bijzonder aanleiding tot zorg.

Typen habitats blijken over het geheel genomen in een slechtere staat van instandhouding te zijn en een negatievere trend te vertonen dan soorten, want slechts 16 % van de beoordelingen van habitats zijn gunstig. De overgrote meerderheid van de habitats bevindt zich in een ongunstige staat van instandhouding, waarbij 47 % van de beoordelingen ongunstig-ontoereikend en 30 % ongunstig-slecht is.

De belangrijkste bedreigingen die voor habitats zijn vastgesteld, zijn bepaalde landbouwpraktijken (inclusief veranderingen in de teeltwijze, overbeweiding, stopzetting van beweidingssystemen, bemesting en bestrijdingsmiddelen) en door de mens veroorzaakte "wijzigingen van natuurlijke omstandigheden" (meestal hydrologische veranderingen).

Het verslag geeft ook succesverhalen van gerichte instandhoudingsmaatregelen onder leiding van de EU. Zowel voor de lammergier (Gypaetus barbatus), als voor de witkopeend (Oxyura leucocephala), is een EU-actieplan voor de soort opgezet en zijn middelen uit het LIFE-fonds van de EU uitgetrokken, en hun aantal is aanzienlijk verbeterd. Het EU Natura 2000-netwerk van beschermde gebieden, dat 18 % van de landoppervlakte van de EU bestrijkt en het grootste netwerk van beschermde gebieden ter wereld is, heeft ook een belangrijke positieve invloed gehad op de staat van instandhouding van soorten en habitats.

Achtergrond
Om de zes jaar brengen de lidstaten verslag uit over de staat van instandhouding van soorten en typen habitats die door de EU-richtlijnen worden beschermd. Het verslag heeft betrekking op alle in het wild levende vogelsoorten (circa 240), 231 typen habitats en meer dan 1 200 andere soorten die voor de EU van belang zijn. Dit verslag over de stand van de natuur in de EU wordt onderbouwd door een gedetailleerder technisch verslag van het Europees Milieuagentschap (EEA), waarin ook landenspecifieke gegevens zijn opgenomen. De verslagen dienen als input voor de komende tussentijdse evaluatie van de EU-biodiversiteitsstrategie. De bevindingen van het verslag zullen ook worden meegenomen bij de lopende geschiktheidscontrole van de vogel- en de habitatrichtlijn, die deel uitmaakt van een exercitie waarbij de balans wordt opgemaakt van de EU-wetgeving om ervoor te zorgen dat deze geschikt is voor de beoogde doelstellingen ervan.

Tekst: Europese Commissie
Foto: Marijn Nijssen, Stichting Bargerveen; Piet Munsterman, Saxifraga