Alternatieven voor plaggen

De Vlinderstichting
26-JAN-2015 - Al tientallen jaren worden vergraste heides geplagd en dat heeft op veel plaatsen gezorgd voor terugkeer van heide. Toch heeft plaggen, zeker als het grootschalig gebeurt, negatieve effecten: onder andere voor de typische diersoorten van de heide. Lopend onderzoek vanuit het programma Ontwikkeling + Beheer Natuurkwaliteit (OBN) vergelijkt de alternatieven.

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]

Al tientallen jaren worden vergraste heides geplagd en dat heeft op veel plaatsen gezorgd voor terugkeer van heide. Toch heeft plaggen, zeker als het grootschalig gebeurt, negatieve effecten: onder andere voor de typische diersoorten van de heide. Lopend onderzoek vanuit het programma Ontwikkeling + Beheer Natuurkwaliteit (OBN) vergelijkt de alternatieven.

Om heide in stand te houden is ingrijpen nodig (foto: Kars Veling)Bij plaggen wordt de hele plantengroei en ook de bovenste laag van de bodem verwijderd. Dit tast het hele leefgebied van de dieren die er leefden sterk aan; bovendien worden er ook veel zaden afgevoerd. Op de enorme heideterreinen die sterk hadden te lijden onder vergrassing waardoor veel soorten toch al waren verdwenen, was het wel een effectieve maatregel, maar inmiddels weten we ook welke negatieve gevolgen het plaggen heeft. Als men tegenwoordig nog plagt, gebeurt dit veel kleinschaliger dan vroeger, en kijkt men veel zorgvuldiger of plaggen op die plek echt wel de meest geschikte maatregel is.

Kijken we puur naar herstel van vegetatie, dan is plaggen op zich geen verkeerde maatregel, mits kleinschalig en goed doordacht uitgevoerd. Voor de fauna en het herstel van een heidesysteem in z’n totaliteit is het echter niet geschikt. Daarom zijn we op zoek naar alternatieven zoals chopperen (soort tussenvorm tussen maaien en plaggen), drukbegrazing en gescheperde begrazing al dan niet met bekalking (het bestrooien met kalk om verzuring tegen te gaan). Wat leveren die maatregelen op? Het lopend onderzoek vanuit het programma Ontwikkeling + Beheer Natuurkwaliteit (OBN) vergelijkt de effecten van deze maatregelen met elkaar.

Zowel plaggen als chopperen moet kleinschalig gebeuren (foto: Kars Veling)Het onderzoek is nu een paar jaar bezig en de conclusies zijn dus nog voorlopig. Hoe de maatregelen op de lange termijn uitpakken moet de komende jaren blijken, als het onderzoek wordt voortgezet. Het onderzoek naar chopperen en drukbegrazing is gedaan op verschillende locaties in Noord-Brabant en Friesland. In Friesland is ook een andere proef gedaan, die vooral gericht was op de effecten van gescheperde begrazing: begrazing door een kudde met een schaapsherder, die kan sturen waar de schapen wel en waar niet grazen en ook de graasduur in de hand heeft.  Zoals eigenlijk al bekend was, reageert de vegetatie goed op plaggen en chopperen. Bekalking blijkt wel wenselijk als follow-up. De vegetatie groeit dan veel sneller terug; bij choppers geldt dit nog sterker dan bij plaggen. De soortenrijkdom herstelt na chopperen wel minder dan na plaggen. Drukbegrazing levert voor het herstel van de vegetatie weinig op. De structuur wordt opener, maar dit heeft vooral een gunstig effect op de fauna. De mycoflora kan in sommige gevallen meeprofiteren van maatregelen, maar sommige soorten paddenstoelen kunnen ook juist uitstekend gedijen in situaties die voor flora en fauna minder gunstig zijn. In de vergraste onderzoeksplots kwamen maar liefst 25 bedreigde paddenstoelensoorten voor. Dit pleit er wederom voor om bij heideherstel kleinschalig te werk te gaan en goed te kijken waar je welke maatregel uitvoert. Want ook oude en vergraste heides kunnen waardevol zijn.

Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Economische zaken door De Vlinderstichting, Stichting Bargerveen & B-ware. Kijk voor meer informatie over dit onderzoek in het Infoblad van de veldwerkplaats. Het onderzoeksrapport is hier te vinden.

 

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting